Deze wandeling is ongeveer 7 kilometer en loopt deels over (half) verharde en graspaden, naar verwachting zijn de graspaden goed beloopbaar. Vanaf Korenmolen Windlust wandelt u over de ’s Gravenweg naar Hitland. Op de IJsseldijk passeert u het monument ‘Een dubbeltje op zijn kant’ en de gerestaureerde Steenovens Klein Hitland.
Routebeschrijving
Hitland
Hitland is een groene buffer van circa 250 hectare tussen Capelle en Nieuwerkerk aan de IJssel in de Hoogdorpse polder en deels in de polder Esse, Gansdorp en Blaardorp.
De klei uit de Hollandse IJssel voor het bakken van de ijsselsteentjes, werd vervoerd in karren die werden getrokken door Shetland-pony’s. Deze pony’s werden ‘hitten’ genoemd. Aan deze hitten is de naam Hitland ontleend.
Hitland-Noord of Klein Hitland bestaat voornamelijk uit bos, hoofdzakelijk populieren en ook essen, elsen en wilgen. Tegen de IJsseldijk bevinden zich twee ‘wielen’ of ‘verlandingsplassen’. Dit zijn kleine waterplassen, ontstaan tijdens één van de vroege overstromingen van de Hollandse IJssel en waarbij het water achter de dijk is blijven staan.
De Windlust
Molen De Windlust op de Kortenoord in Nieuwerkerk aan den IJssel is de enige niet-watermolen in de Zuidplaspolder. Deze stellingkorenmolen is gebouwd in 1741 en maalde eeuwenlang het graan.
Na zo’n 50 jaar (zonder wieken en kap en steeds meer vervallen en verwaarloosd) dienst te hebben gedaan als graansilo, werd de molen in de beginjaren van de 21e eeuw in oude luister hersteld. Vanaf 2004 is het weer een echte molen. De molen is daarbij ongeveer 9 meter naar de IJssel verplaatst en 4,5 meter hoger op de dijk gezet.
Hollandsche IJssel
De Hollandsche IJssel was oorspronkelijk een zijarm van de Lek, die voorbij het Utrechtse Vreeswijk begon. Doordat de Lek een grotere rivier werd en de ontginning van het Hollandse veengebied om een gedegen afwatering vroeg, is in 1285 de rivierarm op last van Graaf Floris V afgedamd. De IJssel is tot Gouda een open zoetwatergetijdenrivier, het getij dringt vanuit de Noordzee door tot de Waaiersluis in Gouda. De Hollandsche IJssel is een belangrijke schakel in het scheepvaartverkeer tussen de havens van Rotterdam en Amsterdam en is landschappelijk gezien beeldbepalend in het polderlandschap.
Het verschil tussen eb en vloed is zomers circa 1.80 meter en in de winter kan het verschil wel tot ruim 3 meter oplopen. Eb en vloed zijn een gevolg van de aantrekkingskracht van de maan en in mindere mate van de zon. Per dag is het tweemaal vloed en ook tweemaal eb. Ongeveer 6 uur na een vloedberg is het eb. Wanneer zon, maan en aarde op één lijn staan (bij Nieuwe en bij Volle Maan) werken de aantrekkingskrachten van de maan en de zon samen: springvloed.
Een dubbeltje op zijn kant
Het monument op de Groenendijk in Nieuwerkerk aan den IJssel herinnert aan de grote watersnoodramp op 1 februari 1953, die vooral Zeeland heeft getroffen:
In de nacht van 31 januari op 1 februari was het in de Hollandse IJssel om 0.00 uur bij laag water al NAP +2.60 m. Dat was meer dan de hoogste stand toen bekend. De noordwester storm nam toe tot orkaankracht, de aanhoudende regen, sneeuw en hagel verzwakten de dijk. Met man en macht werden zandzakken aangedragen. Bij NAP +3.00 m startten de voorbereidingen voor evacuatie van de bewoners, zo’n 3 miljoen mensen in het achterland werden bedreigd.
Om 04.00 uur werd NAP +3.84 m bereikt en spoelde er water over de onverharde dijk. Het water sloeg de binnenzijde stuk, op sommige plaatsen was de dijk nog maar 1 meter breed.
Om 05.30 uur sloeg er een gat van 15 meter in de dijk. Er moest iets gebeuren. Burgemeester Vogelaar van Nieuwerkerk aan den IJssel vorderde het binnenschip De Twee Gebroeders van schipper Evegroen.
De schipper zette de kop van het 18 meter lange schip in de dijk en zwenkte de achtersteven naar het gat. De natuur deed de rest, het schip klapte als een sluisdeur tegen de kant en zoog zich door de enorme stroming in het gat vast. Meteen werd begonnen rondom De Twee Gebroeders zandzakken te storten.
Toen aan de overkant bij Ouderkerk aan den IJssel de dijk doorbrak zakte de waterstand en nam de waterdruk af. Het directe gevaar was geweken.
Steenovens Hitland
De 4 steenovens op Klein Hitland dateren uit het begin van de 18e eeuw en maakten deel uit van een serie steen- en pannenbakkerijen langs de Hollandse IJssel. Vanaf 1764 was deze fabriek in het bezit van de familie Mijnlieff. In de fabriek werden eeuwenlang de bekende gele ijsselsteentjes geproduceerd. In 1964 sloot de steenplaats – als laatste in de omgeving – de deuren.
De ijsselsteentjes werden niet alleen gebruikt om woningen en fabrieken te bouwen. Ze zijn overal ter wereld teruggevonden omdat ze vroeger ook werden gebruikt als ballast in schepen die naar de koloniën voeren.
Na sluiting van de steenplaats raakten de ovens in verval. In de eerste jaren van deze eeuw werden ze gerestaureerd, juni 2011 was de restauratie voltooid. In een turfschuur van één van de ovens heeft een beeldend kunstenaar z’n atelier, ook is er een pannenkoekenrestaurant gevestigd.
Maar zyn de Zellingen, van onzen Yzzelstroom geen profytelyke Goudmynen, die van
jaar tot jaar t’elkens weer aangroeijen en vermenigvuldigen, en uit welkers slibbe magtige huizen en Palleizen, in de vroilykhuppelende Steden en te Landeward gebout worden?´
Geboren in 1930 in Snelrewaard op een buitendijkse rietgedekte boerderij aan de IJssel, waar ik alleen het kleine Linschoterbos kende, trap-fiets ik, nu reeds 45 jaar wonend in Capelle ad IJ. , Oostgaarde, regelmatig een rondje Hitland. Dus ik ken de streek goed. Ik verbaas mij steeds opnieuw: A. over de fraaie en riante bebossing van Hitland, en B, over de scitterende s’Gravenweg wegens een flink aantal rietgedekte boerderijen, die er nog staan, en daartussen de luxe bebouwing, vaak in oud-Hollandse stijl.
Ik waardeer uw uitleg op PLATFORM NIEUW ZUIDPLAS zeer, als Capelse buurman, die ook nog vanaf het begin genoten heeft van uw golfbaan, totdat vrouw en kinderen het niet meer verantwoord achtten en ik daarom vorig jaar stopte.
Ik ben van mening dat er best wat actiever reclame mocht worden gemaakt van deze exclusieve regio tussen Rotterdam en Gouda, welker verrukkelijke wandel- en fietspaden in haar binnenste gelukkig voor de auto niet toegankelijk zijn, behalve dan op enkele parkeerplaatsen.